-
1 slip
-
2 in een slip raken
in een slip rakenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > in een slip raken
-
3 aanschieten
-
4 gauw
♦voorbeelden:1 ga zitten en gauw een beetje • sit down and hurry up about it!/and make it snappy!ga nu maar gauw • off you go now!dat heb je gauw gedaan, dat is gauw • that was quick (work)ik zal maar gauw even gaan • I'll just/'d better go quicklyik zou maar gauw een jurk aantrekken • (if I were you) I'd just slip into a dresshij wist niet hoe gauw hij er vandoor moest gaan • he couldn't get away quick enoughII 〈 bijwoord〉2 [gemakkelijk] easily♦voorbeelden:ik merkte al gauw dat … • I soon noticed that …hij had er al gauw genoeg van • he had soon had enough (of it)hij zal nu wel gauw hier zijn • he won't be long nowdat zou ik zo gauw niet weten • I couldn't say offhand2 ik ben niet gauw bang, maar … • I'm not easily scared, but …gauw vuil worden • get dirty easilydat kost al gauw ƒ100 • that can easily cost 100 guildersdie zal ik ook zo gauw niet meer uitnodigen • I won't invite him/her againzo gauw ik iets weet, zal ik je bellen • as soon as I hear anything I'll ring you -
5 ik zou maar gauw een jurk aantrekken
ik zou maar gauw een jurk aantrekkenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik zou maar gauw een jurk aantrekken
-
6 hand
1 [lichaamsdeel] hand♦voorbeelden:in andere handen komen • change handsblote handen • bare handsdie zaak is in goede/slechte handen • that matter is in good/bad handsin goede/verkeerde handen vallen • 〈 figuurlijk〉 fall into the right/wrong handsiemand de helpende hand bieden • lend someone a (helping) handniet met lege handen komen • not come empty-handed〈 figuurlijk〉 uit de losse hand • roughly, in an improvised wayiets met vaste hand doen • do something with a sure touch〈 figuurlijk〉 met vaste/krachtige hand regeren • rule with a firm/iron handhij is in veilige handen • he is in safe handsiemand (de) handen vol werk geven • give someone no end of work/troublede handen vol hebben aan iemand/iets • have one's hands full with someone/somethinghij heeft de handen meer dan vol • he has enough/too much on his platedat kost handen vol geld • that costs lots of moneyiets aan vreemde handen toevertrouwen • entrust something to strangershij heeft de handen niet vrij • he does not have a free hand〈 figuurlijk〉 de vrije hand hebben/krijgen • have/acquire a free handergens zijn handen niet aan vuil willen maken • refuse to soil one's hands with something〈 figuurlijk〉 ik draai er mijn hand niet voor om • 〈 ik heb er geen moeite mee〉 I think nothing of it; 〈 het kan me niet schelen〉 I don't care a rap (for it)iemand de hand drukken/geven/schudden • give someone one's hand, shake hands with someonedan kunnen we elkaar de hand geven • we're in the same boat〈 figuurlijk〉 iemand de hand boven het hoofd houden • 〈 aan zijn kant staan〉 stand by someone; 〈 iemand beschermen die iets misdaan heeft〉 protect someone〈 figuurlijk〉 de handen op elkaar krijgen • earn/get applause〈 figuurlijk〉 de hand op iets/iemand leggen • lay hands on someone/somethingiemands hand lezen • read someone's palmde hand lichten met het reglement • disregard the regulationselkaar de hand reiken • hold out a hand to each other 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 reach out to each otherhanden schudden • shake handshij steekt geen/nooit een hand uit • he never does a stroke of workde hand over het hart strijken • 〈 figuurlijk〉 be lenient/soft-heartedhij kan zijn handen niet thuishouden • he can't keep his hands to himselfdaar wordt vaak de hand mee gelicht • that is often skimped/not taken seriously(mijn) hand erop! • you have/here's my hand on it!handen omhoog! (of ik schiet) • hands up!/ 〈 informeel〉stick 'em up! (or I'll shoot)handen thuis! • hands off!〈 figuurlijk〉 iets aan de hand hebben • 〈 met iets bezig zijn〉 have something going/on; 〈 bij iets betrokken zijn〉 be involved in somethingaan de hand van deze berekeningen • on the basis of these calculationsiemand een middel aan de hand doen tegen huiduitslag • put someone on to a good remedy for a rashniks aan de hand! • there's nothing the matteraan de hand van deze ervaringen concludeer ik … • in view of these experiences I conclude …iets achter de hand hebben • 〈 figuurlijk〉 have something to fall back on; 〈 heimelijk〉 have something up one's sleevewat geld achter de hand houden • keep some money for a rainy dayik heb mijn gummetje altijd vlak bij de hand • I always have my rubber near at handin de handen klappen • clap one's handsiemand iets in handen spelen • put something someone's wayiemand iets in de hand duwen/stoppen • slip/thrust something into someone's hands; 〈 figuurlijk〉 palm/fob someone off with somethingeen bewijs in handen hebben • have evidencehet onderzoek is in handen van N. • the investigation is being conducted by N.de markt in handen hebben • control/have control of the marketde politie heeft de zaak nu in handen • the police have the case in handde macht in handen hebben • have powerde toestand in de hand hebben • have the situation in handin handen vallen van de politie/de vijand • fall into the hands of the police/enemy〈 figuurlijk〉 iets met beide handen aangrijpen • jump at something; 〈 aanbod, gelegenheid ook〉 seize (upon) somethingmet de hand gemaakt/geschreven • hand-made/handwritten〈 figuurlijk〉 iemand naar zijn hand zetten • force/mould/bend someone to one's will, manage someone, twist someone round one's (little) fingeriets om handen hebben • have something to do〈 figuurlijk〉 iemand onder handen nemen • take someone in hand/to taskiemand op (de) handen dragen • 〈 figuurlijk〉 worship/idolize someonehand over hand toenemen • increase hand over fist, gain ground rapidlyiemand iets ter hand stellen • hand something (over) to someoneiets ter hand nemen • take something up, take something in hand, undertake somethinger komt niets uit zijn handen • he doesn't get anything doneuit de hand lopen • get out of handiemand het werk uit (de) handen nemen • take work off someone's handsiets van de hand doen • sell/part with/dispose of somethingvan hand tot hand gaan • be passed from hand to handgoed/duur van de hand gaan • sell well/at high prices 〈 van koopwaren〉dat is de meest voor de hand liggende conclusie • that is the most obvious conclusiongeen hand voor iemand/iets uitsteken • not lift a finger for someone/somethinghij heeft er geen hand naar uitgestoken • 〈 niets aan gedaan〉 he hasn't done a stroke of work on it; 〈 niets van gegeten〉 he hasn't touched itgeen hand voor ogen kunnen zien • 〈 figuurlijk〉 not be able to see one's hand in front of one('s face)ik heb maar twee handen! • I have only (got) one pair of hands!een verhaal van de hand van • a story (written) by3 de zieke is aan de beterende hand • the patient is on the mend/getting betteraan mijn rechter/linker hand • on my right/left (hand/side)aan de winnende hand zijn • be winning〈 figuurlijk〉 iemand op zijn hand hebben/krijgen • have/get someone on one's side¶ wat is er daar aan de hand? • what's going on there?〈 figuurlijk〉 alsof er niets aan de hand was • as if nothing had happened/was wronger is iets aan de hand • there's something the matter/upiets/iemand in de hand werken • encourage something/someone; 〈 iets ook〉 make for something; 〈 iemand ook〉 play into someone's hands〈 van personen〉 zwaar op de hand zijn • be heavy/ponderousop handen zijn • be (near) at hand/imminent/forthcomingvan de hand in de tand leven • live from hand to moutheen verzoek/voorstel van de hand wijzen • refuse a request 〈 verzoek〉; turn down a proposal 〈 voorstel〉 -
7 afglijden
3 [vlug en stil afdalen] glide down♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 hij was steeds verder afgegleden in … • he had slid/slipped further and further into … -
8 glijden
♦voorbeelden:de slee gleed over het ijs • the sleigh was gliding over the icezijn hand gleed over de balustrade • he passed his hand over the banistershet boek was uit haar handen gegleden • the book had slipped from her handsde mantel gleed van haar schouders • the cloak slipped off her shoulderszich van de trap laten glijden • slide downstairs -
9 neus
1 [lichaamsdeel] nose3 [punt van een voorwerp] nose ⇒ 〈 balg, spuit ook〉 nozzle, (toe)cap 〈 schoen〉, toe 〈 schoen〉, nib 〈 dakpan〉, heel 〈 geweer〉, handle 〈 schaaf〉♦voorbeelden:het neusje van de zalm • 〈 figuurlijk〉 the cream of the crop, the tops, it, the cat's whiskerseen frisse neus halen • get a breath of fresh aireen verstopte neus • a stuffed(-up) nosedoen alsof zijn neus bloedt • 〈 figuurlijk〉 play/act dumbzijn neus dichthouden • hold one's nosedat gaat zijn neus voorbij • that's not for (such as) him, it is lost to himhij haalt voor alles de neus op • he's a bit sniffyde neus voor iemand/iets ophalen • turn up one's nose at someone/something 〈 ook figuurlijk〉; 〈 figuurlijk〉 look down one's nose at someone/somethingin zijn neus peuteren • pick one's nosezijn neus snuiten • blow one's nosezijn neus overal in steken • 〈 figuurlijk〉 poke/stick one's nose into everything〈 figuurlijk〉 zijn neus in andermans zaken steken • stick one's nose into other people's affairs/business〈 schertsend〉 ja, mijn neus • my eye!, come off it!dat kan ik aan zijn neus niet zien • I can't tell by the look on his face what he wantsdoor de neus spreken • talk through one's nosewit om de neus worden • (go) pale, go green/white about the gillsonder zijn neus • right under one's nose〈 figuurlijk〉 het/hij komt me mijn neus uit • I'm fed up (to the back teeth) with it/him〈 figuurlijk〉 niet verder zien/kijken dan zijn neus lang is • be unable to see further than (the end of) one's noseiemand iets door de neus boren • cheat someone of something -
10 stoppen
2 [iets in een ruimte bergen] put (in(to))3 [tot stilstand brengen] stop♦voorbeelden:een lek stoppen • plug a leakwij stopten onze oren dicht • we stopped up our earsiemand geld in de hand stoppen • slip money into someone's handhij laat zich alles in (de) handen stoppen • he'll take anythingiemand in de gevangenis stoppen • put someone in prisonmunten in de telefoon stoppen • feed coins into the telephoneeen kind onder de wol stoppen • tuck a child up in bedhet verkeer stoppen • stop the traffichij was niet te stoppen • there was no stopping him1 [halt houden] stop2 [eindigen] stop (-ing)♦voorbeelden:1 de auto stopte • the car stopped/pulled upeen auto doen stoppen • stop a carverboden te stoppen • no stoppingstoppen aan de kant van de weg • stop at the side of the roadstop! • stop!stop ermee! • stop it!ik stop met dit werk • I'm stopping doing this workhet is tijd om te stoppen • it's time to stopzonder te stoppen • without stopping2 [met betrekking tot ontlasting] bind (the bowels) ⇒ 〈 positief ook〉 stop diarrhoea, 〈 negatief ook〉 cause constipation♦voorbeelden: -
11 insluipen
v. steal into, slip in -
12 floepen
♦voorbeelden:het touw floepte uit haar handen • the rope slipped out of her hands -
13 fout
fout1〈de〉2 [verkeerde handeling] mistake ⇒ error, 〈 overtreding bij sport〉 foul, fault 〈 in het bijzonder bij tennis, paardensport enz.〉♦voorbeelden:1 zijn fout is dat … • the trouble with him is that …iemand op zijn fouten wijzen • point out someone's faults; 〈op een beledigende manier; informeel〉 rub someone's nose in itniemand is zonder fouten • nobody's perfecteen medische fout • medical malpracticemenselijke fout • human errorde oude fout maken • fall into the (same) old errorseen fout in een berekening • a miscalculationzonder fouten schrijven • spell correctly————————fout21 [mis(lukt)] wrong♦voorbeelden:wat is er fout aan …? • what's wrong with …?iets fout rekenen • consider something wrongII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden: -
14 iemand geld in de hand stoppen
iemand geld in de hand stoppenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand geld in de hand stoppen
-
15 iemand iets in de hand duwen/stoppen
iemand iets in de hand duwen/stoppenslip/thrust something into someone's hands; 〈 figuurlijk〉 palm/fob someone off with somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand iets in de hand duwen/stoppen
-
16 inschuiven
1 [naar binnen schuiven] push/slide in2 [opschuiven] push/move up/along♦voorbeelden:2 de stoelen nog wat inschuiven • push/move the chairs up/along a bit further♦voorbeelden: -
17 struikelen
3 [figuurlijk] [een misstap begaan] stumble ⇒ trip/slip up♦voorbeelden:over een steen struikelen • stumble on/over a stonehij struikelde over geschiedenis • he slipped up on history¶ in Rome struikel je over de beeldhouwwerken • in Rome you're always bumping into/falling over sculptures
См. также в других словарях:
slip into — (something) to put on clothing quickly and easily. Nancy slipped into her pajamas. Don t you think you d better slip something on before you go to the door? … New idioms dictionary
slip into — index penetrate Burton s Legal Thesaurus. William C. Burton. 2006 … Law dictionary
slip into — phrasal verb [transitive] Word forms slip into : present tense I/you/we/they slip into he/she/it slips into present participle slipping into past tense slipped into past participle slipped into 1) slip into something to quickly put on a piece of… … English dictionary
slip into — phr verb Slip into is used with these nouns as the object: ↑background, ↑bag, ↑coma, ↑debt, ↑deficit, ↑doze, ↑gear, ↑obscurity, ↑recession, ↑room, ↑shadow, ↑ … Collocations dictionary
slip into something — slip into (something) to put on clothing quickly and easily. Nancy slipped into her pajamas. Don t you think you d better slip something on before you go to the door? … New idioms dictionary
slip into sth — UK US slip into sth Phrasal Verb with slip({{}}/slɪp/ verb ( pp ) ► to gradually start to be in a bad state or condition: »The world economy slowed and the US and parts of Europe slipped into recession … Financial and business terms
slip into something more comfortable — verb To wear something suitable to be stripped off by a lover. Pointing to my bedroom, I said, “The bathrooms upstairs.” “Awight, chill. You act like you got Tupac in there or something.” Jay laughed, then said, “Ill meet you upstairs. Why dont… … Wiktionary
slip into — (Roget s Thesaurus II) I verb To put (an article of clothing) on one s person: assume, don, get on, pull on, put on, slip on. See PUT ON. II verb See slip … English dictionary for students
slip into — v. get dressed; slide into … English contemporary dictionary
ˌslip ˈinto sth — phrasal verb to quickly put on a piece of clothing I slipped into my pyjamas.[/ex] … Dictionary for writing and speaking English
slip into — verb To put on some clothes rapidly … Wiktionary